Hij schuifelt over het zebrapad, laat zich niet afleiden door de haast en spoed die door de winkelstraat dendert. Zijn gebogen rug getuigt van bagage maar hij biedt weerwerk, draagt meer dan acht decennia lief en leed waardig over de kasseien. Tegen de strakke, witgekalkte strepen van de oversteekplaats valt op hoe los zijn donkergrijze kostuum om zijn knoken zit. Met de jaren heeft overvloed plaatsgemaakt voor essentie en dat is er langs alle kanten aan te zien.
Dit tafereel is een foto waard maar ik durf mijn smartphone niet boven te halen, schaam mij voor zo veel reflexmatige tegenwoordigheid. In mijn hoofd zit de kadrering nochtans klaar. Op de achtergrond de wazige drukte van winkelende mensen, vooraan de oude man, verstild, met een focus op zijn tote bag. Welja, zo’n stoffen draagtas met tong-in-kaak-slogan die zowat elke stedeling tegenwoordig over de schouder heeft hangen. ‘Make Something Good Today’ staat erop, in zwierige hipsterletters. Wellicht heeft de man op een ochtend, tussen de koffie en het rollen van de balletjes voor de kervelsoep, tegen zijn vrouw gezegd: “Jeanne, ik ben die rieten kabas beu”, en is hij daarop naar de stad getrokken, op zoek naar een nieuwerwets exemplaar. En toen hij thuiskwam met zijn tootbek heeft Jeanne wellicht meewarig haar mise-en-plis geschud: “Mo pa toch, waar komt gij nu mee af, daar krijg ik vanzeleven mijn soepgroenten niet in”. Ik stel me voor hoe ze dan samen de boodschap hebben proberen te ontcijferen, en hoe ze elkaar hebben gerustgesteld met het feit dat het in hun tijd toch allemaal in het Frans te doen was.
Of misschien moet ik schuifelende tachtigplussers niet zo onderschatten en weet Meneer Essentie heel goed wat hij doet. Komt hij op straat voor én met een boodschap. Make Something Good Today. Omdat hij het zelf niet meer kan, al zou hij wel willen, maar zijn voeten zijn moe, zijn vingers verkrampt en Jeanne wil hem aan haar zij. ‘Nu is het aan u’, wil hij zeggen, ‘aan u om iets goeds te maken, of om iets goed te maken. Vandaag, en alle dagen van uw leven. Meer moet dat niet zijn.’
Ik fiets naar huis. Ik wil iets maken. Iets goeds. Kervelsoep met balletjes, een brief voor mijn lief, tijd voor mezelf. Eigenlijk ben ik ze beu, maar toch, tootbeks zijn de nieuwe TED Talks.