Het rijk der mensen

Ik ben op mijn kop gevallen. Twee weken geleden. De tegels op de Vrijdagmarkt waren glad en mijn fiets was metaalmoe, zoiets moet het geweest zijn. Toen het licht in mijn hoofd aanging, stond er tweehonderd man rond mij. Het kunnen er ook minder geweest zijn, maar ik voelde me in elk geval omringd.

De stem in de verte nam mijn iPhone, verwittigde lief en hulpdiensten en stak mijn telefoon terug. Scoutsjongens waakten over mijn fiets en getuigden bij de politie over mijn glijpartij. De ambulancier negeerde mijn rare vragen en diende mij onderweg naar het ziekenhuis extra zuurstof toe. Op de spoeddienst waste een verpleegster mijn gezicht tot het bloed was verbleekt. Twee agenten namen het sleuteltje van mijn fiets, parkeerden mijn tweewieler tegen een paaltje op de parking en staken de sleutel terug in mijn tas. Na de CT-scan meldde de spoedarts dat zijn dienst erop zat, maar de minzame stagiaire nam het op zich om mijn gapende wonde dicht te naaien. Daarna verwijderde de verpleegster mijn nekverband en beloofde ze met enige voorpret dat ze mijn hoofd zou omtoveren tot een schoon paasei. Toen ik naar huis mocht, stak ze een plastic zak in mijn handen. Daarin zaten de schoenen en de broek die ik net voor mijn val had gekocht. De volgende dag vond ik mijn bebloede zonnebril onder in mijn tas. Een agent belde om te vragen hoe het met mij was.

Al die tijd had niemand iets gepikt. Al die tijd was niemand mij zomaar gepasseerd. Al die tijd was ik omringd door mensen die ik nooit meer zal zien maar ook nooit meer zal vergeten. Bedankt, mensen. Allemaal.

Artistiek verantwoorde versie:

1480748_10203783251360084_4347383468852473405_n

 

Artistiek niet verantwoorde versie:

foto